Oneens met de waarde vaststelling?

Zodra de waardevaststelling door taxatie heeft plaatsgevonden, stuurt de Inspecteur daarover een brief aan de belastingplichtige(n). In deze brief vermeldt de Inspecteur de waarde die aan de betreffende onroerende zaak is toegekend. De belastingplichtige(n) wordt daarbij de mogelijkheid geboden om argumenten in te dienen tegen de vastgestelde waarde. De belastingplichtige is vrij in de manier waarop hij de waarde aanvecht. Dat kan echter ook met behulp van deze voorbeeldbrief (Voorbeeldbrief Oneens taxatiewaarde.) Hij kan stukken die hij relevant acht overleggen. Bijvoorbeeld een recent taxatierapport in verband met de wens om te verkopen of de aanvraag van een financiering, waaruit een lagere marktwaarde blijkt dan de door de Inspectie vastgestelde waarde.

Deze mogelijkheid voor de belastingplichtige om kenbaar te maken dat zij/hij het niet eens is met de vastgestelde waarde staat niet in de landsverordening. Dit is een initiatief van de Inspecteur dat er mogelijk toe bijdraagt om de juiste waarde vast te stellen zodat er geen onjuiste aanslagen worden opgelegd.

In gevallen waarin volgens de Inspecteur daartoe aanleiding bestaat, wordt overgegaan tot een hernieuwde taxatie. Het kan zijn dat de Inspecteur dan uw medewerking vraagt zodat de taxateur uw terrein en gebouwen kan betreden om een zo goed mogelijke taxatie te maken.

Bezwaar tegen voorlopige aanslag OZB

Tegen een voorlopige aanslag OZB kunt u bezwaar aantekenen bij de Inspecteur der Belastingen. Dit moet gebeuren binnen 2 maanden na de dagtekening van de aanslag. U moet daarbij de reden van uw bezwaar aangeven.

Als u een bezwaarschrift indient kunt u uitstel van betaling aanvragen bij de Ontvanger voor het bestreden bedrag.

De Inspecteur behandelt uw bezwaarschrift en laat u de uitkomst daarvan schriftelijk weten in een beschikking. Als u het niet eens bent met de uitspraak van de Inspecteur op uw bezwaarschrift, kunt u in beroep gaan bij de Raad van Beroep voor Belastingzaken. Uw beroep moet ingediend zijn binnen twee maanden na de dagtekening van de beschikking op uw bezwaarschrift. Verdere gegevens hierover vindt u op de achterzijde van het aanslagbiljet.

Ook voor de beroepstermijn kunt u uitstel van betaling aanvragen bij de Ontvanger.

Bezwaar tegen definitieve aanslag OZB

Voor het maken van bezwaar tegen een definitieve aanslag OZB gelden in principe dezelfde regels als hiervoor genoemd bij de voorlopige aanslag.

In aanvulling daarop geldt echter het volgende:

U kunt bij de oplegging van de eerste definitieve aanslag OZB uit het vijfjarige tijdvak bezwaar aantekenen tegen de vastgestelde waarde van de onroerende zaak. Bezwaar is ook mogelijk als er tussentijds een nieuwe waarde wordt vastgesteld op grond van een relatief grote waardeverandering op het moment dat die waarde in het jaar daarna wordt toegepast in de definitieve aanslag.

Als u het definitieve aanslagbiljet voor de onroerendezaakbelasting voor het jaar 2014 heeft ontvangen, kunt u daarop zien welke waarde voor uw onroerende zaak is vastgesteld. Als u van mening bent dat de vastgestelde waarde te hoog is , kunt u een bezwaarschrift indienen bij de Inspecteur der Belastingen. Hiervoor heeft u een termijn van twee maanden gerekend vanaf de dagtekening op het aanslagbiljet. U kunt het model gebruiken dat op deze website staat Voorbeeldbrief Bezwaarschrift, maar u mag ook een eigen tekst gebruiken. In het bezwaarschrift kunt u alle argumenten naar voren brengen tegen de waarde. Het is in dit stadium niet nodig dat u door een deskundige een taxatierapport laat opstellen. Als de Inspecteur het niet (volledig) eens is met de door u voorgestelde waarde dan zal hierover contact met u opgenomen worden en kunt u daarna beslissen een deskundige in te schakelen.

Voor het bestreden bedrag, dat is het deel van de aanslag dat in uw visie niet verschuldigd is, kunt u een verzoek om uitstel indienen bij de Ontvanger. U kunt het model gebruiken dat op deze website staat Voorbeeldbrief Uitstel van Betaling, maar u mag ook een eigen tekst gebruiken. De verschuldigde belasting dient u binnen de op het aanslagbiljet gestelde

Nadat het bezwaar hiertegen is afgewikkeld, eventueel ook nadat een door u ingediend beroepschrift is afgewikkeld, staat de waarde van de onroerende zaak vast voor het gehele vijfjarige tijdvak. Dit betekend dat daarna geen bezwaar meer kan worden gemaakt tegen die waarde bij daarop volgende aanslagen uit dat vijfjarige tijdvak. Dergelijke bezwaarschriften worden per definitie ongegrond verklaard.